Toelichtingen bij de diensten 

Januari: Thema 'Verheerlijking van de Heer'

Drie apostelen schouwen Christus in zijn hemelse gedaante)

Eerste Lezing:  (Uit de Nag Hammadi Geschriften 'De Verhandeling over de Opstanding (NHG I,4 p. 48 en 49)

(...)" Inderdaad de zichtbare gestalte is de dood en wordt niet bewaard. Alleen de levende gestalte, die zich daarin bevindt zal opstaan.  Wat is dan de opstanding? 'Het is altijd de openbaring van de opgestane' (noot:d.w.z. de innerlijke mens, onzichbaar voor sterfelijke orgen).

Wanneer je je nu herinnert in het Evangelie gelezen te hebben dat Elia en Mozes verschenen zijn in het gezelschap van Jezus (zie de tweede Lezing), meen dan niet dat de opstanding een illusie is! Het is geen illusie maar waarheid. Eerder zou je moeten zeggen dat de wereld een illusie is, in plaats van de opstanding. Dié is werkelijkheid geworden". .

Tweede Lezing: (Uit het Evangelie van Matteus  17:1)

"Jezus nam Patrus, Jacobus en z'n broer Johannes met zich mee en bracht hem boven op een hoge berg, waar ze alleen waren. Hij werd voor hun ogen van geaante veranderd: zijn gelaat begon te stralen als de zon en zijn kleed werd klanzend als het licht. Opeens verschenen Mozes en Elia die met Hem spraken. Petrus nam het woord ( ........) Hij was nog niet uitgesproken, of een lichtende wolk overschaduwde  hen en uit de wolk klonk een stem "Deze is mijn geliefde Zoon in wie ik mijn vreugde heb".  Toen zij dit hoorden wieprpen de leerlingen zich ter aarde en werden zeer bevreesd. Maar Jezus kwam naar heb toe rn zei: "Staat op en weest niet bang". Toen zij hun ogen opsloegen, zagen zij niemand dan jezus alleen, (....)",

 

 - Doop van de Heer

(oude, oorspronkelijke opvattingen over de doop in een vrije kerk) Uit de Gnostische leringen. .

Eerste lezing

(Uit het Evangelie volgens Filippus (Nag Hammadi Geschriften Codex 2, Boek 3, strofe 71 en 85)..

Wie afdaalt in het water van de doop, zal door hem verlost worden.Want Jezus steeg op uit het water van de doop. Zo zullen zijn volmaakt zijn, die in zijn naam gedoopt zijn. Want jezus zei: Óp deze wijze moeten we alle gerechtigheid vervullen'.

Zij die zeggen: ''Eerst sterft men en dan zal men opstaan', die dwalen. Want als men zich niet tijdens dit leven de opstanding verwerft, zal men zich ook niets verwerven als men sterft. Het is ook zo dat ze over het doopsel spreken als iets dat  groots is.

Want als men het ontvangt zal men leven!

Zoals Jezus het doopwater heeft vervolmaakt, zo heeft hij ook de dood weggespoeld. Daarom dalen we wel af in het water, maar niet in de dood: om niet te worden weggespoeld door de geest van de wereld.  Als die wereldse geest waait, wordt het winter. Maar als de Heilige Geest waait wordt het zomer.

Hier eindigt de eerste lezing. .

 

Tweede lezing:

(Uit het Evangelie volgens Filippus ( uit de Nag Hammadi Geschriften, II, boek 3, strofe 67))    

Jezus ontving bij zijn doop in de Jordaan de volheid van het Koninkrijk der Hemelen. 

Hij die reeds was voor het Al, werd opnieuw voortgebracht. Hij die tot zoon geworden was, werd opnieuw gezalfd. Hij die verlost was, verloste anderen,

Is het toegestaan om over een mysterie te spreken? De Vader van het Al verenigde zich met de Maagd die was nedergedaald. En een vuur verlichtte op die dag alles. Jezus openbaarde zich in het grootse Bruidsvertrek.

Daarom is op die dag Zijn geestelijk lichaam ontstaan. Hij kwam de bruidskamer uiy als iemand die door bruid en bruidegom is voortgebracht.

Hier eindigt de tweede lezing

 

- 'Gemeenshap'

Eerste Lezing (Uit De Brief van Paulus aan de Kolossenzen 1: 9-18)

'Wij houden niet op voor u te bidden. Wij smeken God u alle wijsheid en geestelijk inzicht te schenken, zodat u zijn wil volledig verstaat en een leven leidt dat de Heer waardig is. en hem in alles behaagt. ; en u in ieder goed werk vruchten zult dragen en ook zult toenemen in de waarachtige kennis van God. Moge hij u in zijn heerlijke kracht machtig sterken om alles uit te houden en alles te verdragen en tegelijkertijd de Vader blijmoedig te danken , omdat Hij u in staat stelde te delen in de erfenis van de heiligen van het Licht.

Hij heeft ons ontrukt aan het domein van de duisternis en overgebracht naar het Koninkrijk van zijn geliefde Zoon. Hij is het beeld van de Onzichtbare God, de eerstgeborene van heel de schepping. Want door Hem en in Hem is alles geschapen in de hemelen en op aarde; het zichtbare en het onzichtbare, tronen, heerschappijen, overheden en machten.

Het heelal is geschapen door Hem en voor Hem. Hij bestaat vóór alles en alles bestaat in Hem.

Hij is ook het Hoofd van het lichaam, zijn gemeente. Hij is het begin, de eerstgeborene uit de doden , opdat Hij in alles de eerste zou zijn.

 

Tweede lezing (Uit het Evangelie volgens Filippus (Nag Hammadi Geschriften  Codex II, Boek 3, strofe 10).

'Namen die aan aardse dingen gegeven worden zijn erg misleidend; want ze ontlenen hun betekenis aan onvergankelijke zaken en worden gebruiukt voor vergankelijke dingen. Wie 'God' hoort zeggen, denkt niet direct aan het onvergankelijke maar is (mogelijk) aan het vergankelijke gaan denken.

Zo is het ook met 'de Vader' , en 'de Zoon'  en 'de Heilige Geest'  en met 'leven' en Licht'  en met'opstanding'  en 'gemeenschap' en al het andere: Men denkt niey meer aan het onvergankelijke, maar alleen aan het vergankelijke, tenzij men het onvergankelijke heeft leren kennen. .